Uitgebreid onderzoek van Henk-Jan van der Kolk aan verstoring van Scholeksters door vliegtuigen op de Vliehors liet zien dat de Scholeksters nauwelijks reageerden op oefenende straaljagers, maar in grote paniek wegvluchten als er een traag vliegend Hercules transportvliegtuig kwam oefenen https://www.chirpscholekster.nl/nieuwsbericht45.php. Dat zou te maken kunnen hebben met het feit dat transportvliegtuigen veel enger zijn dan straaljagers (paneel b in het schema), of dat de straaljagers zo vaak overkwamen, dat de Scholeksters volkomen gewend waren en nauwelijks meer reageerden (paneel c in het schema). En wat ook nog zou kunnen is dat het allebei een beetje waar is (paneel d in het schema). Op de Vliehors vliegen heel vaak straaljagers over en maar heel af en toe een Hercules transportvliegtuig, maar op basis daarvan kun je niet bepalen of Hercules transportvliegtuigen enorm eng zijn, of dat de Scholeksters er niet aan gewend zijn omdat ze haast nooit overkomen.
Om iets te kunnen zeggen moet je dus gegevens van verschillende gebieden hebben waarbij er verschillen zijn in de frequentie waarmee de verschillende typen vliegtuigen overvliegen. Cor Smit heeft jaren geleden al onderzoek gedaan aan verstoring door vliegtuigen, o.a. op de Noordsvaarder op Terschelling, bijgestaan door George Visser. Het blijkt dat zowel gewenning als verschillen in engheid een rol spelen (Figuur 1).
Figuur 1. Gewenning bij kustvogels, zoals blijkt uit de relatie tussen de overvliegfrequentie van vliegtuigen en de waarschijnlijkheid van verstoring voor verschillende vliegtuigtypen. Elk punt vertegenwoordigt een unieke combinatie van locatie, vliegtuigtype en vogelsoort. De zwarte lijn (met een gearceerd 95% betrouwbaarheidsinterval) toont de algehele relatie, gekleurde lijnen relaties voor elk vliegtuigtype. Let op de log-getransformeerde x-as.
Je kunt dus niet volstaan met onderzoek aan verstoring op één enkele locatie. Je moet op verschillende locaties onderzoek doen om het effect van gewenning en het effect van verschillen in engheid goed te kunnen bepalen. Als je maar op één plek kijkt en voor andere plekken gaat voorspellen hoeveel verstoring er zal zijn kun je er behoorlijk naast zitten. Gewenning kan ook verklaren waarom studies heel erg kunnen verschillen in de verstoring die ze meten voor verschillende verstoringsbronnen.
Het volledige artikel is vrij beschikbaar op https://onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1111/ele.14452
Laatste nieuws
04-11-2024
Aanmelden Scholeksterweekend 31 januari – 2 februari 2025
04-07-2024
Scholekster weekend #14 in 2025
02-07-2024
Demografische monitoring Scholekster
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief
Onze nieuwsbrief verschijnt 4x per jaar